Björn Koreman breekt uit om straks door te breken

Het is woensdag 1 april van het jaar 2020. Een dag waarop je normaal gesproken op je hoede moet zijn voor grappen en vreemde persberichten. Niet dit jaar. In een voor de hele wereld vreemde situatie is het niet gepast om mensen op het verkeerde been te zetten. Krantenkoppen met teksten als ‘Olympische Spelen naar 2021’ en ‘Marathon Rotterdam naar oktober’ zouden anders een glimlach op je gezicht hebben getoverd. Maar nu weet je dat je niet geflest wordt, dat er even belangrijkere zaken zijn dan sport. In die bijzondere setting praten we bij met Björn Koreman (29), aanstormend marathontalent uit Brabant.

Naar voren kijken

In zijn prachtige woning in het centrum van Geertruidenberg ontvangt Björn mij op gepaste afstand. Een wat onhandige elleboogboks volgt, waarna we op gepaste afstand (mijn lichaamslengte…) van elkaar plaatsnemen aan een grote tafel. Hij ziet er strak en afgetraind uit. Ondanks de crisis die ook hem van zijn werk beroofd (‘Er wordt weinig Doubdle rondgebracht deze dagen. Horeca en sportkantines zijn gesloten en evenementen vinden niet plaats ‘), is er het hele interview een gulle glimlach op het gezicht van de 29-jarige loper. Dat heeft alles te maken met wat op termijn wel eens zijn tweede baan zou kunnen worden, professioneel hardlopen.

Voorlopig brengt het lopen hem naast wat kleine inkomsten vooral grote tevredenheid. Al heel veel is gezegd en geschreven over de weg die hij heeft afgelegd om richting Nederlandse top te komen op zijn hardloopschoenen. ‘Het verhaal over mijn leven vóór het lopen is genoegzaam bekend. Ik kijk nu alleen nog maar vooruit en wil niet steeds geconfronteerd worden met mijn stap- en rookgewoonten uit mijn jeugd. Ook de ‘wat als’-vraag laat ik langs me afglijden. Niet relevant. Ik snap wel dat het een extra dingetje is waar mensen in geïnteresseerd zijn. Na de finish op mijn debuutmarathon werd ik door een reporter van Omroep Brabant direct vastgepakt en werd ik gevraagd hoe het mogelijk was dat ik ondanks bier en sigaretten zo hard ben gaan lopen. Ik zag op de klok 2 uur 17 tijdens dit gesprek. Ik was enkele tellen daarvoor over de streep gekomen en zat redelijk stuk. Maar goed, later ging het gelukkig wél over mijn eindtijd in relatie tot de zware omstandigheden van die dag.’

Debuut met mogelijkheden

Op die tweede zondag van oktober 2019 zat het Björn niet mee. Een combinatie van warmte en wind maakte het voor iedereen lastig. Bijzonder knap was het dat hij, nadat zijn persoonlijke haas al vroeg was weggevallen, vanaf 17 kilometer de wedstrijd volledig in zijn uppie wist te volbrengen. ‘Ik heb geen angst voor lange afstanden. 42 is maar een getal. Het lijkt erop dat hoe langer het wordt, hoe gemakkelijker het me afgaat. Natuurlijk was het zwaar in Eindhoven, maar een debuut in 2 uur, 17 minuten en 26 seconden is een prima resultaat. Het kan nog stukken sneller. In dat opzicht spiegel ik me graag aan Kamiel Maase. Die begon op zijn 21e met hardlopen en liep als 36-jarige zijn 2.08.21 uur. Ik ben op mijn 23e gestart met lopen en wil ook rond mijn 35e mijn ‘piek’ beleven. Nee, aan tijden denk ik niet. Ook niet in limieten. Kipchoge vat dit mooi samen in zijn uitspraak ‘no human is limited’ en zo denk ik ook.’

foto: Arjan Baggerman

‘Natuurlijk wil ik dit jaar al wel een flinke hap van mijn marathontijd afhalen. Voor dit voorjaar had ik alleen snelle lopen in Brunssum en Nijmegen gepland. Alles met het oogmerk om in het najaar opnieuw de marathon te gaan lopen. Via de Parelloop wilde ik me vooral in vorm brengen voor deelname aan de NK Halve Marathon tijdens de Stevensloop. Mijn weekgemiddelde lag in deze periode al rond de 130 – 140 kilometer. Alles voelde goed en in Nijmegen was ik zeker voor het podium gegaan. Wie weet had ik zelfs wel de titel kunnen pakken, maar toen kwam het coronavirus ook in Nederland terecht. Einde oefening, maar geen einde aan mijn doelstelling om hard te lopen.’

Solerend naar toptijden

Met het op het laatste moment wegvallen van de snelle Parelloop verviel ook de laatste optie voor de Nederlandse top om zich met elkaar te meten. Voor Björn aanleiding om dan maar zijn eigen wedstrijd te maken. ‘Om een snelle 10 te lopen ben ik naar het parcours van de eveneens afgelaste Drunense Duinenloop gegaan. Op dit brede fietspad rond dit natuurgebied heb ik eerst vijf kilometer ingelopen. In mijn wedstrijdkleding ben ik van start gegaan, alsof dit een échte race betrof. Het ging prima. De eerste vijf gingen in exact 14.30 minuten. Het was nog net voor de oproep om binnen te blijven, dus was het redelijk druk op mijn route. Desondanks kon ik de tweede helft lopen in 14.34 minuten. Mijn meefietsende vriend Paul Visser klokte de eindtijd op 29.04 minuten. Met de twee ‘zwakste’ kilometers van drie minuten liep ik officieus een persoonlijk record. Dat stond op 29.36 gelopen in Deventer. Hierna heb ik nog zes kilometer uitgelopen, zodat ik in totaal 21 kilometers kon bijschrijven.’

Met zijn snelheid en de inhoud zou Björn op 5 april haaswerk verrichten voor de Nederlanders die op limietenjacht zouden gaan in Rotterdam. ‘Helaas ging dit evenement niet door en waren er ook geen alternatieven meer voor handen. Nu is duidelijk dat we alles een jaar kunnen doorschuiven voor de Spelen van 2021. In overleg met mijn trainer Bram Wassenaar is besloten om in plaats van dit hazen zelf gewoon door te trainen, waar een lange duurloop een onderdeel van zou uitmaken. Op dat moment ontstond het idee om – van huis uit – in ieder geval twee uur te gaan lopen. Als dit goed zou gaan, dan zou ik de resterende kilometers tot aan de marathonafstand erbij plakken. Op vrijdag 27 maart ben ik van start gegaan voor een grote ronde in de omgeving. De eerste 33 kilometer gingen me heel goed af. Al pratend liep ik tussen de 3.30 en de 3.40 minuut per kilometer. In Dussen, hier negen kilometer vandaag, besloot ik het tempo verder op te voeren. Dat lukte me prima. De laatste vijf gingen in 15.32 minuten en de slotkilometer zelfs in 2.57 minuten. Op mijn horloge las ik op de ‘eindstreep’ een tijd van 2 uur, 26 minuten en 19 seconden.’

Focus

Vijf dagen na deze solomarathon, in een rustweek met maar vijf trainingen, kijkt Björn opnieuw vooruit. Nadat verse koffie is aangevoerd en een reuzenmodel poes met zachte hand van mijn schrijfblok is geschoven, blikken we dit jaar in. Toch wordt nog even over de schouder gekeken naar de periode vanaf zijn marathondebuut. ‘Na Eindhoven ben ik niet zoals veel anderen gaan crossen. Volgens mij heb ik maar twee crossen gelopen. In Oosterhout won ik half november de zware zandcross van Scorpio, een opstap naar de Warandeloop. Daar was ik het hele weekend aan het werk voor Doubdle, zodat dit geen topklassering opleverde. Met wat snelle wegwedstrijden en een trainingskamp in Portugal werkte ik toe naar een goede halve in Barcelona. Helaas werd ik op het trainingskamp ziek en heb ik van de negen dagen de helft niets kunnen doen. Schoorl heb ik afgezegd, maar die woei als evenement van de kalender om via wat duurlopen toch goed in Barcelona te kunnen staan. Daar wilde ik mijn record van 1.05.57 aanscherpen tot een 1.04 hoog.

foto: Arjan Baggerman

Het liep anders. Ik nam het risico om met de andere Nederlanders mee te gaan. Zij waren gestart om de EK-limiet van 1.03.15 te slechten. Het pakte goed uit. Tot verbazing van Frank Futselaar hoorde hij zijn coach direct na zijn passage ook mijn naam noemen. Bart van Nunen zat daar weer net voor. Samen kwamen we door in 29.38 minuten op de 10 kilometer. Ook de 15 leverde een scherpe passage op van 44.51 minuten. Hier ontstond wel een gaatje met mijn landgenoten. Pas op de boulevard, na 17 kilometer, was ik er voor mijn gevoel ‘klaar’ mee en verloor ik bijna een minuut op mijn schema. Desondanks kon ik doorzetten en zag ik op de finishklok mijn nieuwe recordtijd van 1.03.55 uur. Dat was de spierpijn na de race wel waard!’

Samen met heel lopend Nederland wil Björn graag weer in Nederland racen. ‘Het baanseizoen is al over voordat het begonnen is. Wellicht kan ik net als verleden jaar weer van start in de Dam-tot-Damloop in september. Daar werd ik tweede Nederlander. Daarvoor hoop ik naar Sankt Moritz te kunnen voor een trainingsstage van drie weken. Daarna is het weer marathontijd. Als Brabander voel ik me erg gewaardeerd in Eindhoven.’ Of de duvel er mee speelt komt uitgerekend net de bevestiging binnen dat Edgar de Veer en Marc Corstjens ook graag zien dat hij weer in Eindhoven komt lopen. ‘Mooi, dan ga ik daarnaartoe werken met een tijd van 2 uur 13 in mijn achterhoofd. In 2021 zou ik dan graag mijn kunsten in Berlijn tonen, wellicht zelfs na een voorjaarsmarathon in Rotterdam. ‘

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?