Onderzoek over 10 meter afstand tijdens hardlopen is ongefundeerd

Vorige week sprongen alle media op een onderzoek van de Belgische hoogleraar Bert Blocken van de TU Eindhoven. Hij had middels computersimulaties uitgevonden dat hardlopers en fietsers een soort wolk van adem-, hoest- en nierdruppeltjes achter zich aanslepen. Uit die simulaties bleek dat daarom de gepropageerde afstand van 1,5 meter niet voldoende was. Wandelaars moesten minimaal 5 meter afstand tot elkaar in acht nemen. Hardlopers 10 meter en racefietsers zelfs 20 meter.

NRC checkte deze beweringen en plaats ten eerste vraagtekens bij de gebruikte methode. ‘Het gaat om metingen van de luchtstroom rondom een standbeeld in een windtunnel en een computersimulatie van de virusdruppeltjes daarin, niet om een onderzoek met echte druppels en sporters.’ Maar uiteindelijk hebben ze een nog veel belangrijkere kanttekening bij het onderzoek.

De krant zocht contact met een expert op het gebied van infectiepreventie van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Volgens hoogleraar Andreas Voss gaan wetenschappers er op dit moment van uit dat het virus zich niet via dergelijke druppeltjes kan verspreiden. Onderzoekers hebben weliswaar de aanwezigheid van genetisch materiaal van griep en cironavirussen in deze druppeltjes geconstateerd, maar nog geen ‘levend, infectieus virus’.

Het virus wordt verspreid middels druppels die vrijkomen bij het hoesten en niezen. Deze druppels zijn aanzienlijk groter dan de druppels waar in het onderzoek naar verwezen wordt, zo stelt Voss. Deze druppels zijn daardoor zo zwaar dat ze al snel op de grond vallen. Het is volgens Voss dan ook niet helemaal uitgesloten, maar hij bestempelt het als erg onwaarschijnlijk. NRC bestempelt het onderzoek dan ook als ongefundeerd.

De 1,5 meter afstand die het RIVM adviseert lijkt dus ook tijdens het hardlopen afdoende.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?