De marathon is… gewild

De marathon is gewild. Zo’n 27.000 Nederlanders liepen vorig jaar de klassieke afstand over 42,195 kilometer, op een totaal van circa 2,5 miljoen hardlopers in ons land. De NN Marathon Rotterdam en TCS Amsterdam Marathon gedijen bij die populariteit. Al overheerst in Amsterdam het buitenlandse aandeel in het inschrijvingstotaal, terwijl in Rotterdam de Nederlanders de overhand hebben.

In die zin pasten de laatste wapenfeiten – afgezet tegen deelnemerspopulatie – bij het karakter van de twee mega-evenementen. In Amsterdam zegevierde vorig najaar de Keniaan Lawrence Cherono met een parcoursrecord van 2.04.06 uur. Nooit was er sneller gelopen in Nederland. Begin april stuntte Abdi Nageeye in Rotterdam met een nationale besttijd van 2.06.17. Geen Nederlander vóór hem was ooit zo rap.

Amsterdam – Rotterdam

Die twee uithalen zorgden voor een wisseling van de wacht. Rotterdam gold altijd als de snelste marathon van de twee, terwijl Amsterdam steevast met de Nederlandse records kon pronken. Wat heet: in de Maasstad werden in 1985 en 1988 zelfs wereldrecords gevestigd, eerst door de Portugees Carlos Lopes (2.07.12) en aansluitend door de Ethiopiër Belayneh Densamo (2.06.50). En in 2009 noteerde de Keniaan Duncan Kibet met 2.04.27 het parcoursrecord dat pas dit voorjaar door zijn landgenoot Marius Kipserem met zestien seconden werd aangescherpt. In de hoofdstad daarentegen excelleerden de Nederlanders, met eerst Gerard Nijboer (2.09.01 in 1980), vervolgens Kamiel Maase in tweevoud (2.08.31 in 2003 en 2.08.21 in 2007) en tot slot Abdi Nageeye (2.08.16 in 2017).

Van een concurrentieslag is overigens geenszins sprake, benadrukken Cees Pronk en René Wit van Le Champion, de organisator van de TCS Amsterdam Marathon. ‘We zitten in het voor- en najaar, zijn dus juist complementair’, aldus Pronk, de directeur evenementen en sponsoring. ‘Het gegeven van twee topmarathons in een land moet je koesteren.’ ‘En’, zo voegt racedirecteur Wit eraan toe, ‘het is alleen maar mooi om te zien dat we beiden floreren.’

Hoe anders had het kunnen zijn. Na de 1999-aflevering leek het doek gevallen voor de marathon van Amsterdam, hoewel in prestatieve zin de tot dan toe beste aflevering was beleefd. Ondanks dat vier atleten er voor het eerst onder de 2.07 uur doken – met de Keniaan Fred Kiprop (2.06.47) als de gevierde man – en Amsterdam op de wereldkaart was gezet, ging de organisatie failliet. Het was dat wijlen Joop Waterreus zich als redder opwierp. Hij richtte de Stichting Amsterdam Marathon op en schakelde de hulp van Le Champion in. ‘In een tijdsbestek van een kwartaal moesten we de volgende editie rondbreien’, haalt Pronk zich voor de geest. ‘Eigenlijk was het onbegonnen werk. Toch besloten we het te doen, zonder ons de impact te realiseren. Na die vuurdoop was er meteen de overtuiging dat het levensvatbaar was en dat wij daarvoor de aangewezen partij waren.’

Internationale erkenning

Een sprong in het diepe was het voor de van origine toerfietsclub uit Purmerend, die zich in de jaren zeventig ook op het hardlopen stortte en zich ook tot sportevenementenbureau ontpopte. Met de halve marathon van Egmond en de Dam tot Damloop werd weliswaar aan de weg getimmerd maar ‘dit was de overtreffende trap’, stelt Pronk. ‘Tot dan werden we toch vooral gezien als de provinciaaltjes. Nu kregen we internationale erkenning.’

Le Champion, aanvankelijk met Cees Lansbergen als de stuwende kracht, bracht de marathon van Amsterdam het nieuwe elan waarmee het sportevenementenbureau zich dan al onderscheidde. De introductie van de Kenianen in de Nederlandse wegwedstrijden? De razend populaire businesscategorie, waarin lopers voor bedrijventeams uitkomen? Het trimloopboekje, ooit de bijbel voor tienduizenden recreanten? Het duel tussen mannen en eerder gestarte vrouwen voor een extra winstpremie, ofwel de race binnen de wedstrijd? Stuk voor stuk komen de ideeën uit de koker van Le Champion, initiatieven met een perfecte timing bovendien. Want als geen ander wordt de tijdgeest aangevoeld.

Tot dan werden we toch vooral gezien als de provinciaaltjes. Nu kregen we internationale erkenning

Familiegevoel

Ook bij de ‘gereanimeerde’ marathon van Amsterdam werd vanaf dat moment top- en breedtesport versmolten. De topsporters vormen het visitekaartje en genereren de publiciteit, maar de massa zorgt voor de ambiance en werd om die reden door de organisatie meer dan voorheen gekoesterd. ‘We wilden een familiegevoel oproepen’, benadrukt Pronk. ‘Om de marathon heen moest dus een scala aan afstanden komen. Zodat er voor elk wat wils was. En tevens om draagvlak onder de bevolking te creëren. Want in tegenstelling tot Rotterdam leefde de marathon in Amsterdam tot dan toe nauwelijks. Er werd in die tijd vooral geklaagd over afgesloten straten en wegversperringen.’

De klaagzang is gestopt. De scheldkanonnades van destijds zijn verdrongen door gejuich. De stad leeft nu jaarlijks naar de derde zondag van oktober toe en de inmiddels 45.000 deelnemers worden al net zo hartstochtelijk aangemoedigd als zes maanden eerder in Rotterdam.

Titelsponsor

In het huidige succes speelt ook Tata Consultancy Services een rol. De titelsponsor sinds 2011 voelt zich niet alleen als geldschieter maar ook persoonlijk betrokken bij de TCS Amsterdam Marathon. Dat heeft alles te maken met Natarajan Chandrasekaran, de topman van de Indiase multinational die zelf een fervent marathonloper is en zich binnen het bedrijf als pleitbezorger voor een gezonde levensstijl opwerpt.

TCS ontwikkelde een ‘Fit4life’-programma waar anno 2019 350.000 van de 425.000 werknemers wereldwijd aan deelnemen. Hardlopen geldt binnen het bewegingsaanbod als een van de pijlers, net als gezondheid in algemene zin. Vandaar ook dat het VUmc Cancer Center het vaste, aan de Amsterdamse marathon gekoppelde, goede doel is. ‘Juist omdat we midden in de gemeenschap willen staan’, verklaart Mark Bogaerts, hoofd sponsoring Europa van TCS.

De TCS Amsterdam Marathon wordt niet alleen als marketinginstrument ingezet, maar is ook een bindmiddel voor werknemers en klanten. ‘In 2018 deden we in Amsterdam mee met 37 teams, bestaande uit klanten en werknemers’, licht Bogaerts toe. ‘In totaal kwamen 3000 mensen op de marathon of een van de andere afstanden in actie. Dat zorgt voor een saamhorigheid, omdat je samen een doel nastreeft: finishen. Die eendracht maakt dat je een hechte relatie opbouwt en dat betaalt zich zakelijk gezien weer terug.’

Eigen televisieregistratie

Dat Le Champion in 2011 besloot in eigen beheer aan televisieregistratie te doen en die beelden vervolgens aan onder meer Eurosport doorverkocht, bleek een schot in de roos. Sindsdien worden wereldwijd livebeelden en nieuwsflitsen uitgezonden, waardoor in tientallen miljoenen huishoudens de verkapte rondleiding door Amsterdam kan worden aanschouwd. Marathontoerisme was het gevolg.

Het aantal buitenlanders, samen zo’n 125 nationaliteiten vertegenwoordigend, is ten opzichte van de Nederlandse deelnemers inmiddels in overtal. Le Champion en TCS speelden handig op die trend in. In 2015 werd de campagne Calling all superheroes gelanceerd. ‘Iedere deelnemer heeft z’n eigen verhaal’, stelt Bogaerts. ‘Wij willen dat aspect eruit lichten. Als je de verhalen weet te vertellen, voeg je waarde toe en ontstaat er relevantie. Op die manier hopen we de ervaring te verrijken, willen we dat iedere deelnemer zich een held voelt. Want dat zorgt voor emotie, een aspect dat zo bij sport hoort.’

We willen we dat iedere deelnemer zich een held voelt .

Topatleten

Bogaerts denkt dat er op het vlak van sterrenstatus nog een ‘onontgonnen terrein’ ligt. ‘Eliud Kipchoge is natuurlijk een fenomeen, met dank aan zijn fabuleuze wereldrecord in Berlijn vorig najaar [2.01.39 uur; red.] en het Breaking2-project. Maar op straat zal 99 procent van de mensen hem voorbijlopen zonder hem te herkennen, iets wat bijvoorbeeld bij tennisicoon Roger Federer ondenkbaar is.’
De tijd lijkt er rijp voor. De Europese lopers zijn in opkomst. Kijk naar Nageeye, maar bijvoorbeeld ook naar de Belg Koen Naert [de Europees marathonkampioen; red.], de Zwitser Julien Wanders, de Noor Søndre Nordstad Moen en natuurlijk Mo Farah, de Britse viervoudig olympisch kampioen op de baan die – in ieder geval kortstondig – de overstap naar de weg heeft gemaakt.
‘Het is goed om te zien dat de Europeanen zich steeds nadrukkelijker manifesteren’, aldus racedirecteur Wit. ‘Het publiek wil zich kunnen vereenzelvigen met de atleten.’

Vanwege de, afgezet tegen bijvoorbeeld de World Major Marathons, beperktere financiële middelen is een bredere strijd ook wenselijk. ‘In 2005 kozen we voor het strikken van Haile Gebrselassie. Dat was een mediaspektakel en het was prachtig dat hij met 2.06.20 een parcoursrecord noteerde. Maar er gaapte wel een immens gat met de nummer twee, dat terwijl de marathon het, wat ons betreft, moet hebben van heroïsche gevechten.’

Nu nog is TCS als titelsponsor (of technologiepartner) louter verbonden aan vele hardloopevenementen, zoals ’s werelds beroemdste marathon: die van New York. Maar Bogaerts sluit niet dat er, in navolging van Nationale-Nederlanden, een eigen ‘profploeg’ komt.

Het is goed om te zien dat de Europeanen zich steeds nadrukkelijker manifesteren

Commericeel marathonteam

Het NN Running Team is de eerste commerciële atletiekequipe, bestaande uit zestig langeafstandslopers, onder wie olympisch marathonkampioen Kipchoge maar bijvoorbeeld ook Nageeye. In navolging van het schaatsen en wielrennen wordt niet alleen gepoogd de uitstraling en herkenbaarheid te vergroten, maar ook voor betere begeleiding te zorgen en onderzoek naar effectievere trainingsmethoden, voeding, sportdrank en schoeisel te doen. De aangetrokken atleten profiteren bovendien van sterk verbeterde contracten.
‘Dit initiatief geeft een extra dimensie aan de sport’, meent Bogaerts. ‘Het is een mooie en interessante ontwikkeling die exemplarisch is voor de commerciële groei in marathons. Dan is het logisch dat ook TCS als grote marathonsponsor wordt benaderd om ook zo’n team te gaan ondersteunen. Het is alleen nog te vroeg om te zeggen of dit voor ons een serieuze optie is. Uiteraard nemen we het wel mee in de strategische overwegingen.’

TCS heeft, als het zou instappen, de mogelijkheden om dergelijke initiatieven ‘in de markt te zetten’. Het bedrijf is een voorloper in de digitale innovatie, onder meer bij de ontwikkeling van apps. De Amsterdam Marathon, en ook de andere evenementen waaraan TCS zich heeft verbonden, profiteren van die expertise. Bogaerts: ‘Wij stellen onze kennis beschikbaar om de juiste communicatiemiddelen te kunnen inzetten, zodat er continu contact met (potentiële) deelnemers kan zijn. Maar we kunnen eveneens op specifieke andere wensen inspelen. Zo bestaat in brede zin de behoefte om het tijdsverschil tussen de kopgroep en de achtervolgers aan te geven, en ook om andere data rondom de lopers in beeld te brengen, bedoeld om de sport mediagenieker te maken. Wij kunnen daarvoor gerichte oplossingen aandragen.’

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?