Hardloopavonturen uit het buitenland: GrossGlockner Ultratrail

Nederland is een mooi hardloopland, maar buiten ons vlakke landje is nog veel meer te beleven. In deze rubriek delen we daarom de hardloopavonturen van lopers op bijzondere plekken. In de tiende aflevering vertelt Saskia Uit den Boogaard (52) over haar deelname aan de 31 kilometer van de GrossGlockner Ultratraill. “Met de tanden op elkaar de pijn verbijtend besloot ik door te lopen. Niet wetende wat me te wachten stond.”

Samen met haar man Frank ging Saskia op vakantie naar Oostenrijk. “In 2019 gingen we op vakantie naar Oostenrijk. Omdat mijn man en ik beiden hardlopen als passie delen moest er ook gelopen worden. Hoe toevallig was het dan ook dat op onze vakantieroute de GrossGlockner Ultratrail in Kaprun plaatsvond? Omdat we geen enkele ervaring hadden met hardlopen in de bergen namen we het zekere voor het onzekere: we schreven ons in voor de 31 kilometer en niet voor een langere afstand.”

Zo lang?

De verplichte items werden aangeschaft, de racebriefing werd goed doorgenomen, maar daar leek toch een foutje in geslopen. Met hun loopervaring in het vlakke Nederland lijkt een cut off tijd van 14 uur voor 31 kilometer toch wel erg ruim?
“Wisten wij veel! Ik bedoel, binnen vier uur moesten we toch wel binnen zijn? Bovendien was het parcours de eerste vijf kilometer wel omhoog, maar voor de rest alleen maar bergafwaarts. Toen we de avond ervoor met een ervaren Nederlandse loopster spraken en dit vertelden, stelde zij de onvermijdelijke vraag: ‘Hebben jullie wel eens eerder in de Alpen gelopen?’ Ons antwoord was duidelijk nee. Oftewel, als we het binnen acht uur zouden halen, hadden we het knap gedaan.”

Aanpassingsvermogen

De doelstelling moest dus even bijgesteld worden en met het idee toch maar van acht uur uit te gaan stonden Saskia en Frank aan de start. Of beter gezegd: bij de skilift die ze naar de start bracht boven op de berg. “Het was één grote ontdekkingsreis met vooral een beroep op ons aanpassingsvermogen. We kwamen er al heel snel achter dat lopen in de bergen heel anders is dan wat we in ons vlakke kikkerlandje gewend waren. Of zelfs maar het heuvelachtige gebied in de Ardennen, waar we ook wel eens gelopen hadden. Het was superspannend om je weg te zoeken tussen de rotsen, over de smalle paadjes en langs een paar afgronden. Langzamerhand begonnen we ook te snappen waarom we een regenjas mee moesten nemen, een EHBO kit en stokken. Op sommige plekken liepen we echt wel alleen, de route volgend via de bordjes. Maar de prachtige vergezichten van het veranderende landschap maakten het alle inspanningen waard. Er was maar één verzorgingspost en ik was blij dat ik altijd te veel eten meeneem, in tegenstelling tot Frank die eten voor 30 km asfalt mee had. Veel te weinig natuurlijk, maar met mijn extra voorraad haalden we het wel tot de verzorgingspost.”

Tegenslag

Helaas ging het al vlak na de start mis toen Saskia na vier kilometer hard door de enkel ging. “Teruglopen ging niet en ondanks de pijn moest ik in ieder geval het verzorgingspunt halverwege zien te halen. Ik heb er voor het eerst van mijn leven tijdens het lopen een pijnstiller in gegooid en bedacht me toen dat ik wel zou zien hoever ik zou komen. Bij de verzorgingspost kon ik altijd nog uitstappen. Hardloperslogica. Na wat voorzichtige passen en de tanden op elkaar kon ik verder, niet wetende wat ons nog te wachten stond.”

Sneeuw in je onderbroek

Want niet veel verder lag er een heel spannend en bijzonder deel van het parcours op hen te wachten. “Na een pittige klim van een kilometer steil omhoog, waar we ruim een half uur over gedaan hebben, gingen we de bergkam over en stonden we aan de top van een gletsjer. Sta je dan, met je hardloopschoenen en een paar stokken en moet je een paar honderd meter steil omlaag over een ijs- en sneeuwbaan. Met verwondering hebben we staan kijken hoe de ervaren lopers naar beneden sprintten, tussen de uitstekende rotsblokken door. Wij kozen voor de wat veiligere optie door op onze kont naar beneden te glijden. Alhoewel veilig. Nog steeds moesten we uitkijken voor de uitstekende rotsen en ik voelde langzaam maar zeker mijn billen veranderen in twee ijsblokken. Maar uiteindelijk hebben we de bodem gehaald en konden we na drie kilo sneeuw uit onze onderbroeken geschud te hebben onze weg weer vervolgen over een ‘normaal’ pad.”

 Avontuur

“Het avontuur opzoeken was onze grootste motivator,” vervolgt Saskia. “We wilden starten en uitlopen. En dat is het mooie van dit soort (ultra)trailruns: de sfeer is heel gemoedelijk en vriendelijk. Het gaat niet om de competitie, maar om het uitlopen en daar waar het nodig is elkaar helpen om dat te bereiken. Er deden verschillende nationaliteiten mee en we hebben dan ook in alle talen met elkaar gemopperd tijdens het klimmen, elkaar aangemoedigd bij het afdalen van de gletsjer en gezellig gekletst tijdens de relaxte stukken waar je lekker door kon lopen.
Ondanks mijn enkel lukte het om de finish te halen. We hebben er acht uur en een kwartier over gedaan, dus we waren heel erg tevreden. Toen ik bij de finish mijn schoen uitdeed werd ie meteen heel dik. Ik heb er nog weken plezier van gehad,” lacht Saskia. “Maar dit avontuur neemt niemand ons meer af. Bergbeklimmen in je hardloopoutfit, skiën op je hardloopschoenen, sleeën op je billen in je hardloopbroek, twee keer onderuit gaan, iets stoms met enkels doen, je opnieuw 100.000 keer afvragen waarom dit ook alweer leuk is en dan om je heen kijken voor het antwoord als je de prachtige omgeving ziet. Een dansje doen op de Alpenweide terwijl je The Sound of Music zingt, een grote teennagel verliezen, achteraf verbrand blijken te zijn, en ruim acht uur buiten spelen. Een onvergetelijke ervaring. Maar een ding weet ik wel. Ik doe dit nooit meer. Oh ja toch wel.”

 

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?