Gezonde voeding bestaat uit producten met een combinatie van eiwitten, koolhydraten en vetten. Eet je gevarieerd en voldoende en zou deze voeding moeten voorzien in alle mineralen en vitaminen. Hoeveel vitaminen en mineralen we nodig hebben is vastgelegd in de zogenaamde Aanbevolen Dagelijkse Hoeveelheid, de ADH. Voor sporters is deze ADH van vitaminen doorgaans niet hoger. Maar geldt dit ook voor mineralen?
Het verschil tussen vitaminen en mineralen?
Al onze lichaamscellen hebben zowel vitaminen als mineralen nodig om goed te functioneren. De stoffen zijn onder andere nodig voor een goede celdeling, een goede weerstand en bijvoorbeeld voor de samentrekking van onze spieren. Vitaminen en mineralen zijn chemische verbindingen. Het verschil tussen de twee is dat vitaminen ontstaan in levend materiaal, zoals in planten maar ook in dieren en mensen zelf. Mineralen ontstaan uit dood materiaal. Mineralen kunnen wij zelf niet aanmaken en zullen we dus vooral uit onze voeding moeten halen. Er bestaan wel 4300 soorten mineralen. Veertien daarvan zijn zogenaamd ‘essentieel’ voor ons, dat betekent dat we deze nodig hebben om te functioneren. Deze veertien zijn: Chroom, chloride, fosfor, ijzer, jodium, kalium, koper, magnesium, mangaan, molybdeen, natrium, seleen, zink en fluoride.
Verlies van mineralen tijdens het sporten
Van een aantal mineralen was al bekend dat sporters en meer van nodig hebben. Zo verliezen we tijdens het zweten wat natrium, kalium, calcium en magnesium. Eet je voldoende en gevarieerd dan vul je deze mineralen makkelijk weer aan. Zo vind je kalium bijvoorbeeld in bananen en abrikozen, calcium in alle zuivelproducten en magnesium in volkoren producten en groene groenten.
Onderzoek naar het gebruik van mineralen door onze verschillende organen is lastig bij mensen uit te voeren, daarom wordt dit onderzoek vooral veel bij dieren (ratten gedaan). Uit een recente studie bleek dat ratten na een intensieve training een aanzienlijk lagere concentratie mangaan en chroom in hun lichaam hadden dan voor de training. Vooral de hersenen leken grootverbruiker van deze mineralen. Opvallend was dat ook het mineraal kobalt na de inspanning was verlaagd. Kobalt wordt niet gezien als een essentieel mineraal.
Aanvulling nodig?
Dat sporters meer kobalt, chroom en mangaan verbruiken wil nog niet zeggen dat we dit extra moeten aanvullen met supplementen. Een te hoge inname van zowel kobalt (vooral te vinden in dierlijke producten) als mangaan kan zelfs zorgen voor schade aan de zenuwen, het hart en de nieren.
Wanneer je als sporter voldoende en gevarieerd eet haal je hoogstwaarschijnlijk al je mineralen (en vitaminen) uit je voeding. Iemand die veel beweegt zal normaal gesproken ook meer eten dan iemand die minder beweegt. De extra voeding dekt op deze manier de extra benodigde hoeveelheid mineralen.