Ze begon al jong met atletiek. Volgens eigen zeggen was het niet talent, maar doorzettingsvermogen en onbevangenheid die uiteindelijk zouden leiden tot het hoogst haalbare in de sport: de Olympische Spelen. Met diezelfde eigenschappen betreedt ze nu de wereld van het ultralopen. En wederom niet zonder succes. Toch had het niet veel gescheeld of Manuela Soccol was nooit aan die uitdaging begonnen.
De naam Manuela Soccol zal veel lezers in Nederland niet direct bekend in de oren klinken. Toch is zij een gevestigde naam in de Belgische atletiek. Met als hoogtepunt deelname aan de olympische marathon in Rio de Janeiro. Sinds enkele maanden legt ze zich toe op het ultralopen en dat gaat haar meteen opmerkelijk goed af.
hoe langer, hoe beter
Hoe langer, hoe beter. Dat lijkt zeker op te gaan voor Manuela Soccol. Dat wist ze al van jongs af aan. Ze kwam op haar zestiende, via school, in aanraking met atletiek. Ze had talent, maar die eerste jaren had ze een haat-liefdeverhouding met de sport. De korte afstanden waren niet haar ding. In die jaren deed ze leuk mee, maar ze kwam pas echt bovendrijven toen de afstanden langer werden.
Het plezier in de sport neemt toe naarmate de afstanden langer worden en dat betaalt zich uit in steeds betere prestaties. Het resulteert in 2010 in een selectie voor de EK cross. Voor het eerst mag ze starten in een groot internationaal toernooi. Een mooie opsteker voor Soccol, maar ook dan blijft ze nuchter. In tegenstelling tot vele anderen zal ze nooit kiezen voor een bestaan als fulltime atleet. Het past niet bij haar. ‘Ik heb nooit gedacht om volledig te stoppen met werken. Ik zou me doodvervelen.’ En dat niet alleen, ‘ik weet dat ik geen wereldtop ben’, stelt ze nuchter.
geen zwever
Die laatste opmerking karakteriseert haar. De ogenschijnlijk altijd goedlachse en onbevangen Soccol is ook een nuchtere atleet die met beide benen op de grond staat. Ze zweeft niet. Dat geldt niet alleen voor haar mentale instelling. Ook fysiek zien we dat ze niet echt zweeft. Soccol is geen hoogvlieger qua loopstijl. Ze komt met haar slepende looppas maar amper los van de grond. Het is een efficiënte – lees energiezuinige -loopstijl, die voor een deel haar aanleg voor de lange afstand verklaart.
Dat zij boven zou komen drijven in het ultralopen is daarom zeker niet verwonderlijk. Het past bij haar. Haar fysiek, de kleine bouw en de efficiënte looppas, is perfect voor de lange afstand. En ook haar mindset, die onbevangenheid en nuchterheid, komt te pas bij het ultralopen. Deze sport is fysiek én mentaal veeleisend. Alle emoties komen wel eens langs tijdens die lange tochten, daar moet je mee om kunnen gaan. En, niet onbelangrijk, ‘ultralopen sprak me altijd al aan. Ik wist van de marathon al dat ik op het einde moe was van de snelheid, maar niet van de afstand. Ultralopen, en zeker ultratrailen, is onvoorspelbaar en het leek me goed om eens te proberen.’
eerste ultratrail
Ze maakt bij haar eerste wedstrijd al meteen indruk. Dat was iets meer dan een jaar geleden. Ze loopt een ultratrail van 60 kilometer in het Turkse Cappadocia. Ze wint de wedstrijd en doet dat bovendien in een nieuw parcoursrecord. Ze finish zelfs als vijfde overall, slechts 4 mannen waren sneller. Zelf blijft ze er nuchter onder. ‘Ik ben niet bang voor een uitdaging. Ik dacht bij mezelf: 60 km is minder dan 20 km verder dan de marathon. Ik sta er gewoon niet te veel bij stil wat er allemaal mis kan.’
Het is een opmerkelijke prestatie, zeker gezien het gebrek aan specifieke voorbereiding. ‘Ik kon die 60 kilometer aan op basis van de marathonvoorbereiding.’ Ze loopt de wedstrijd namelijk 3 weken nadat ze de marathon op de WK in Doha heeft gelopen. En ook die wedstrijd stond eigenlijk niet in de planning.
marathon in Doha
Dat heeft een reden. Er gaat een moeilijke periode af aan die WK. Haar vriend Frank Bollen, werd enkele maanden daarvoor gediagnosticeerd met huidkanker. Bollen is zelf ook een begenadigd marathonloper. De romance ontstond elf jaar geleden in het zwembad toen beiden door blessures gedwongen waren alternatief te trainen in het water. Bollen had enkele jaren geleden een moedervlek laten weghalen. ‘In het litteken van die moedervlak ontstond een nieuwe moedervlek die begon te jeuken. Het bleek kwaadaardig.’ Er volgde een operatie en immuuntherapie.
Het was een periode waarin Soccol dacht aan stoppen met het lopen op hoog niveau. ‘Ik wilde wel nog gewoon genieten van het lopen. Ik had eigenlijk al de beslissing genomen om geen marathon meer te lopen, maar 2 weken later kreeg ik een uitnodiging voor de WK. Van Frank moest ik het gewoon doen. En ook voor hem was het een goede mentale afleiding.’ Het maakte dat ze uiteindelijk op 28 september, midden in de nacht in de verzengende hitte, aan de start stond van die marathon in Doha. ‘Ik ben niet hard gestart. Finishen was het belangrijkste. De omstandigheden waren zo zwaar dat ik het onderweg toch moeilijk kreeg. Frank en mijn toenmalige trainer Tim Moriau hielden de moed erin. En op een gegeven moment begon ik toch weer meiden in te halen.’ Soccol hield zich goed staande in het slagveld en finishte knap als 31e.
winst in Nieuw-Zeeland
Dit was overigens al de tweede keer dat Soccol op het punt had gestaan om te stoppen. In 2012 had ze langdurig last van ontstoken pezen in haar voet, de onder lopers zo gevreesde fasciitis plantaris. Ze moest onder het mes. De revalidatie verliep verre van vlekkeloos en het duurde een half jaar om weer op niveau te komen. ‘Ik liep vaak met pijn en op die momenten heb ik wel eens gedacht aan stoppen. Uiteindelijk zijn de klachten toch helemaal verdwenen en nu onderhoud ik het goed. Ik draag speciale zolen en doe oefeningen.’
Terug naar het ultralopen, want die overwinning in Turkije smaakte naar meer voor Soccol. Ze koos voor een wedstrijd in Nieuw-Zeeland en besloot zich ditmaal specifiek voor te bereiden. Dat moest ook wel, want tijdens die wedstrijd in Tarawera, begin februari van dit jaar, zou ze de grens van 100 kilometer passeren. ‘De langste training was 35 kilometer. Eén keer heb ik die afstand tweemaal op een dag gelopen.’ En ook die wedstrijd, de Tarawera Ultratrail over 102 kilometer, wint ze uiteindelijk. Het is een zware wedstrijd, met 3000 hoogtemeters, waar ook tal van wereldtoppers op af komen. Met deze prestatie vestigt ze definitief haar naam in dit wereldje. Zelf omschrijft ze het als de mooiste beleving tot nu toe. ‘Het is een fenomenaal land, de mensen en de sfeer rond de trail zijn fantastisch. Hele families staan je op te wachten bij de bevoorrading en doen alles voor je.’
genieten van wat je hebt
Ze plaatst daarmee Nieuw-Zeeland als beleving dus voor de Olympische Spelen? ‘Ja, in mijn top 5 van mooiste ervaringen zitten nu al een paar trails, ook al heb ik er nog niet zo veel gedaan. Trails zijn voor mij de mooiste ervaringen. Bij wegwedstrijden was er altijd veel meer druk. Je had te maken met concurrenten, bij de trails heb je het over vrienden. Als je valt, rapen ze je op.’ Het is duidelijk dat Soccol zich thuis voelt in die wereld. ‘Ja, ik denk dat ik mijn ding gevonden heb.’
Het zijn de sfeer en de mooie plekken die haar aanspreken bij het trainen. Voor haar komen twee liefdes samen in de trails. De liefde voor het lopen én het reizen. Want Soccol geniet van de bijzondere plekken die ze heeft leren kennen door het lopen. Zo heeft ze inmiddels een zeer warme band opgebouwd met Kenia. ‘De eerste keer dat Frank en ik er naartoe gingen, dat was in 2012, waren we meteen verkocht. De omgeving, het eten, de vriendelijke mensen, alles sprak ons aan. Mensen genieten veel meer van wat ze hebben, ook al is dat minder in vergelijking met ons.’ Inmiddels zijn ze er 7 keer geweest. Het stel ziet het land met de onuitputtelijke bron aan hardlooptalenten inmiddels als een tweede thuis. Ze overwogen zelfs er een huisje te kopen.
sokkenverslaving
Dat deden ze niet, maar er is wel een andere sterke en blijvende band met het land. Zijn naam is Brian Kibet, een jonge Keniaan die ze tijdens een van hun verblijven leerden kennen. Geen atleet, maar gewoon een jongen uit het dorp voor wie ze samen met anderen het schoolgeld en uniform betalen. Samen sparen ze ook zodat hij ooit naar de universiteit kan. Daarnaast gaat ook steevast een flinke tas met hardloopschoenen mee als ze richting Afrika reizen. Veel Kenianen die proberen een bestaan als atleet op te bouwen, moeten zonder iets beginnen. Zij zijn blij met de in Europa afgedankte schoenen.
Naast de schoenen gingen de laatste keer ook maar liefst 300 paar sokken mee die kant op. Het resultaat van een uit de hand gelopen hobby. Soccol heeft namelijk een ware sokkenverslaving. ‘Op het hoogtepunt waren het zeker zo’n 1000 paar. Ik heb er op een gegeven moment een speciale kast voor moeten kopen.’ Het is een bonte verzameling. ‘Hoe kleurrijker, hoe liever.’ Inmiddels probeert ze de verzamelwoede in te dammen. Een flink deel ging mee naar Kenia en ondertussen is de collectie teruggebracht tot zo’n 300 tot 400 paar. Nog steeds voldoende om iedere dag van het jaar een ander paar te dragen.
jezelf beter leren kennen
Terug naar het lopen. Vorige maand deed ze in Deventer een poging om een twaalfuurswedstrijd te lopen, maar maagklachten dwongen haar vroegtijdig uit te stappen. Dat was even slikken, maar tegenslagen zijn een onvermijdelijk onderdeel van het ultralopen. Het is een kwestie van proberen te leren en weer doorgaan. Op de vraag waarom meer lopers dit avontuur aan zouden moeten gaan, is het antwoord dan ook: ‘Je leert jezelf beter kennen.’
Het zorgt in ieder geval ervoor dat ze haar planning weer moet herzien. Na Deventer zou er een pauze worden ingelast, maar nu hoopt ze alsnog een ultratrail te kunnen lopen dit jaar. Het coronavirus heeft haar planning voor de komende jaren sowieso flink in de war gegooid. Ze zal haar planning flink moeten herzien, maar één belangrijk doel blijft als stip op de horizon staan: deelname aan de Ultra-Trail du Mont Blanc. Het avontuur dat ultralopen heet, is pas net begonnen voor Soccol. De eerste schreden op dit pad laten zien dat we nog mooie prestaties mogen verwachten van deze altijd goedlachse atlete.