Oud-atleet Tom Wiggers vangt nu coronapatiënten op

Tom Wiggers behoorde jarenlang tot de nationale top op de middellange en lange afstand. Hij streed om menig nationale en Europese titel. Tegenwoordig staat het lopen in het teken van fit blijven. Hij voert nu een andere strijd: die tegen het coronavirus. De sportarts in opleiding bekommert zich momenteel om coronapatiënten op de longafdeling en de spoedeisende hulp. Hij weet dus als geen ander hoe desastreus de ziekte kan zijn en hoe belangrijk het is om je weerstand op peil te houden.

Wanneer hoorde jij voor het eerst van het coronavirus?

De groep coronavirussen is wel bekend, maar dit is een nieuw virus bij de mens. Ik weet dat het van dieren is overgegaan op de mens en dat het zich onder de mensen verspreidt. Verder weten we nog best weinig over dit virus. We weten dat het tamelijk besmettelijk is en gemakkelijk overdraagbaar is. Maar we weten bijvoorbeeld niet waarom het kinderen niet of nauwelijks treft. Dat is heel gek, want heel veel virussen treffen juist kinderen. We beginnen nu wat patronen te zien, we weten bijvoorbeeld dat patiënten de 9e of 10e ziektedag het slechtst zijn. Eerst zagen we dat het op dag 6 of 7 relatief goed ging en dan stuurden we ze daarna naar huis. Maar nu blijken dag 8, 9 en 10 berucht te zijn, omdat de patiënten dan slechter worden. En we ze weer moesten opnemen.

Eigenlijk is het allemaal heel snel gegaan. Op 12 maart was er een IOC-congres in Monaco en wij kregen rond 2 maart het bericht dat personeel van het ziekenhuis niet meer naar congressen toe mocht. Ik weet nog dat ik toen dacht: wow, dit is best een heftige maatregel, als je tegen je personeel zegt dat je niet naar een congres mag en je privéreizen moet heroverwegen. Dat congres is uiteindelijk ook afgelast. Nu lopen ziekenhuizen altijd net even iets voor op de samenleving, waardoor ik eerder in de gaten kreeg dat dit serieus was, maar het is echt wel snel gegaan.

Toen het in China was, was het ook voor mij nog ver weg. Er zijn wel vaker virussen geweest die Nederland niet hebben bereikt. Maar toen het in Italië was en ook in de wintersportgebieden, dan weet je: het heeft nu het Europese vasteland bereikt, het komt eraan.

En toen?

Onze poli van de sportgeneeskunde ging helemaal dicht. Ik heb eerder op de longafdeling gewerkt. Toen was het voor mij een makkelijke keuze en heb ik me meteen aangemeld. Je kunt niet alle dokters zomaar met longpatiënten laten werken, je moet wel een beetje ervaring hebben. Ik werk op de longafdeling waar de mensen opgenomen liggen en op de eerste hulp waar de mensen binnen komen.

Ben je geschrokken?

Nee, daar ben je dokter voor geworden. Het is de kern van je vak. Het is ook een bijzondere sfeer in het ziekenhuis. Natuurlijk is er de spanning, maar er is ook saamhorigheid. Het gevoel dat we dit gevecht samen met artsen, verpleegkundigen en andere betrokkenen moeten aangaan. Je hebt ook wel door dat het echt serieus is. Ook als je mensen telefonisch spreekt, die zijn dan vaak heel kortademig. En we lopen in die pakken, een patiënt herkent mij nu niet eens als hij me zonder pak zou zien. Je doet je ding, zo kort mogelijk. Liever één keer naar binnen en alles regelen. Niet drie keer terug naar binnen, want dan moet je telkens weer omkleden met een nieuwe set. Dit kost weer allemaal nieuw materiaal. Je moet bij alles goed nadenken, niet alleen om voorzichtig om te gaan met het materiaal, je moet jezelf ook goed beschermen.

Verwacht je meer van dergelijke virussen in de toekomst?

Dat weet ik niet. We gaan nu wel beter nadenken, zoals over die markten in China en over grote massa’s bij elkaar. Ik ben geen virusexpert die weet of dit meer gaat voorkomen of niet. Dit hebben we hier in de moderne tijd nog nooit gehad. Dit is echt exceptioneel.

Wie zijn een risicogroep? Sporters hebben vaak een bovengemiddelde conditie. Werkt dat in het voordeel bij het uitbreken van het virus?

Het enige wat we weten is dat mensen die een bekende longziekte hebben, zoals astma of COPD, er vatbaarder voor zijn. Voor de rest zien we toch wel alle leeftijden. Kinderen wat minder, maar alles van 20- tot 90-jarigen. Dus in die zin denk ik niet dat je per se beter beschermd bent met een goede conditie.

Maar als je gaat nadenken wat je kunt doen om je beter te wapenen, dan is dat wel goed voor jezelf zorgen. Ik ben er nu ook extra alert op: goed slapen, goed eten, die algemene dingen. Maar ik denk niet dat je extra beschermd bent door een goede conditie. Het kan iedereen treffen. Alleen mensen met bekende longziektes zijn iets vatbaarder.

Hoe moeten we kijken naar zaken zoals bijvoorbeeld een laag vetgehalte of vermoeidheid door intensieve trainingsweken?

Wat we weten is dat je in de uren na een intensieve inspanning een dip in je weerstand hebt. Een verlaagde weerstand betekent een dip in je immuunsysteem. Dat zijn kleine dingen waar je wel rekening mee kunt houden. Dus als je in een zware trainingsperiode zit, dan ben je er iets vatbaarder voor. Dus als het kan, zou ik adviseren om hele zware intensieve trainingen te vermijden. En goed voor je zelf zorgen, de RIVM-maatregelen volgen, handen wassen en dat soort zaken.

Zelf ben ik ook extra voorzichtig. Toen ik topsporter was en ik zou ziek zijn geworden, had ik alleen mijzelf ermee. Maar nu ligt dat anders. Als ik nu ziek word, dupeer ik anderen. Als zorgmedeweker moet je nu gezond blijven, we zijn allemaal nodig. Dus ik doe er alles aan om zelf niet uit te vallen en leef nu extra gezond.

Wat zijn gevaarlijke momenten?

Hoesten staat absoluut op 1. En natuurlijk als je spreekt, dan komt er ook wat vrij. Maar bij hoesten verspreid je de meeste virusdeeltjes. De kweek wordt ook genomen uit de keelholte. Daar komt alles langs. En met je handen raak je de hele dag door natuurlijk heel veel aan. Kortom, afstand houden en geen handen schudden.

Bij opnames kijken we ook naar de klachten. Als je hoest en je hebt koorts, dan wordt er een heel strikt advies gegeven voor isolatie. Maar de kortademigheid is vaak bepalend voor de opname. Dus hoeveel moeite kost het om adem te halen en hoe benauwd is iemand.

Stel dat het dadelijk voorbij is, hoe kun je het beste weer gaan opbouwen?

Ja, dat is een goede vraag. Daar breek ik mijn hoofd ook over. Want als straks de maatregelen ineens opgeheven worden, zal iedereen weer helemaal losgaan. Dat kan natuurlijk niet, dat iedereen feest gaat vieren en weer naar buiten gaat. Want groepsimmuniteit heb je natuurlijk niet zomaar. Dus daar ben ik ook heel benieuwd naar. We weten dat een heel groot deel van de bevolking het virus gaat krijgen. Maar dat kan zich verschillend uiten. Soms kan het coronavirus zich enkel beperken tot een snotneus. Dus de vraag is straks: hoe groot is de immuniteit onder de bevolking? En in hoeveel procent van de gevallen verloopt het ernstig en wie zijn dat dan? Dat maakt het ook heel lastig. Als je nu zou weten dat pas een klein deel van de bevolking het heeft gehad, en de rest niet, dan moet je grote massa’s nog best lang vermijden, want er hoeft er maar één te zijn die aan het hoesten is om zo’n hele massa weer te besmetten. Dus hoe alles weer op gang moet komen? Dat weet ik niet.

Hoe kijk je als oud-topsporter naar de consequenties van het coronavirus voor topsporters?

Dit wat er nu gebeurt, heeft op zoveel sectoren invloed en treft ook de sport. Over het algemeen zie je wel dat de sporters genuanceerd reageren, dat ze het in perspectief zien. Maar voor sommigen zijn de Olympische Spelen hun levenswerk. Wat dat betreft geeft het uitstellen van de Spelen ook wel weer wat rust, want niemand wist waar hij of zij aan toe was. Dus het is goed dat duidelijk is dat de Spelen dit jaar niet door gaan. Maar uiteraard heeft het veel impact voor de sporters. Mijn vader zit bijvoorbeeld in de luchtvaart, daar heeft het ook ontzettend veel impact. Dus bijna elke sector wordt geraakt. Dat geldt ook voor het ziekenhuis, een groot deel is gesloten. En daar krijgen we straks mee te dealen, dat er heel veel zorg is blijven liggen. Het is nu van dag tot dag en kijken waar dit heen gaat.

Stel dat we binnen moeten blijven in de komende periode. Heb je dan een beweegadvies binnen?

Zoek vooral op internet naar work-outs voor thuis. Kijk naar krachtwork-outs, die zijn goed voor de recreatieve loper en staan veel op internet. Conditioneel zou ik zeggen, als je een hometrainer, crosstrainer of loopband hebt, ga die zeker gebruiken. En zo niet, ik weet niet wat de regels worden, maar zoek dan voor je boodschappen een supermarkt die wat verder weg ligt. Dat mag waarschijnlijk wel. Ik ben in die zin blij dat ik elke dag een half uur naar mijn werk en terug fiets.

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?