“In onze sport gaat het constant bergop en bergaf”

Enkele weken geleden vond in het Portugese São Pedro do Sul het Europees Kampioenschap Skyrunning plaats. Ondanks het late afzeggen van Ragna Debats, die kans maakte op een nieuwe titel, behaalde het Nederlandse team een knappe vijfde plaats in het landenklassement. 

TEKST: KRIS CLERCKX

FOTO’S: Ian Corless, Jsaragossa & Pisao Extreme

Skyrunning is een heel spectaculaire en attractieve loopdiscipline. In de statuten van de International Skyrunning Federation (ISF) staat de sport omschreven als berglopen tot of boven de 2000 meter, met een minimum stijgingspercentage van gemiddeld 6% over de totale afstand, en met een parcours waarvan minstens 5% een stijgingspercentage van 30% of meer heeft. De moeilijkheidsgraad mag niveau II niet overschrijden, zoals erkend door de International Climbing and Mountaineering Federation. De lopers mogen klimstokken en stijgijzers gebruiken die hun kunnen helpen bij het klimmen. 

Het voorbije EK werd georganiseerd op het parcours van de Pisão Extreme, een skyrun door de Portugese Serra da Arada met toppen van net boven de 1000 meter. De parcoursbouwers kozen voor een ondergrond met veel leisteen en voor overwegend steile bergpaadjes, die tot enkele decennia geleden voor de inwoners zowat de enige manier waren om zich een weg te banen door dit woeste en moeilijk toegankelijke gebergte. Met een skyultrarun van 65 km met 6500 hoogtemeters en een skyrun van 35 km met 3500 hoogtemeters op het programma was er aan klim- en klauterpartijen alvast geen gebrek.

Veel technischer dan trailrunning

Op het eerste gezicht lijkt skyrunning niet zoveel te verschillen van traillopen in de bergen. “En toch is er een groot verschil”, benadrukt Marino Giacometti, de geestelijk vader van skyrunning en tot op de dag van vandaag voorzitter van de International Skyrunning Federation. “In onze sport gaat het constant bergop en bergaf, terwijl het parcours bij trailrunning veeleer rond de berg loopt. Skyrunning mikt op het bereiken van de bergtop. Het gaat er veel technischer aan toe, soms met behulp van wandelstokken, stijgijzers en klimgordels. Dat is zeker het geval tijdens wedstrijden op gletsjers en op hele grote hoogte, zoals de iconische Kima Trophy en Monte Rosa Sky Marathon. Die laatste is de hoogste wedstrijd in Europa.”

Het spreekt voor zich dat op dergelijk technisch terrein het aantal atleten dat kan en mag deelnemen veelal beperkt is. Nog een opmerkelijk verschil met trailrunning is de wedstrijdduur. “Skyrunning duurt minder lang”, legt Giacometti uit. “In ons reglement is vastgelegd dat een wedstrijd maximaal 16 uur mag duren. Op die manier vermijden we de risico’s van slaapgebrek en beschermen we de gezondheid en de veiligheid van de deelnemers.”

Voorts worden trailrunning en skyrunning helemaal anders georganiseerd. Trailrunning valt onder de wereldatletiekbond World Athletics, terwijl de International Skyrunning Federation deel uitmaakt van de International Climbing and Mountaineering Federation (UIAA).

Met dank aan Fila

Skyrunning is een relatief jonge discipline met nog een ruime groeimarge. “Het concept van skyrunning ontstond in de jaren 90”, blikt Giacometti terug. “Als bergbeklimmer had ik toen een aantal records van snelste beklimmingen op mijn naam staan. Dat bracht me ertoe om mijn ervaringen met anderen te delen. Eerst lanceerde ik een klein circuit om de beste atleten beter te leren kennen en elkaar uit te dagen om onze individuele records te overstijgen. Het was een heel nieuw concept in die dagen. Ik herinner me nog de eerste keer dat ik lopers zich als een peloton wielrenners door de bergen zag voortbewegen. Dat was in 1992 tijdens de wedstrijd in het Monte Rosamassief. Velen verklaarden me voor gek, vooral de Amerikanen die uit de klassieke trailrunning kwamen. Maar Enrico Frachey, de toenmalige CEO van Fila Sport, sponsorde de eerste wedstrijden die algauw over de hele wereld zouden worden georganiseerd.”

Een eerste wereldkampioenschap vond plaats in 1998 en sinds 2004 zijn de belangrijkste wedstrijden gegroepeerd binnen de Skyrunner World Series. De International Skyrunning Federation erkent intussen 200 wedstrijden waaraan in totaal jaarlijks meer dan 50.000 lopers deelnemen. 48 landen hebben zich al aangesloten bij de federatie. Het zijn allemaal cijfers waarmee de voorzitter en bedenker de evolutie van zijn sport positief evalueert: “Het is belangrijk dat alsmaar meer lopers uit steeds meer landen aan onze wedstrijden deelnemen. In het begin dacht ik dat skyrunning alleen zou zijn weggelegd voor eliteatleten. We merken ook een grote belangstelling bij de jeugd. Dat is heel inspirerend en geeft veel voldoening.”

Nederlandse passie

In een sport die gedomineerd wordt door landen met veel bergen, doet het vlakke Nederland het de voorbije jaren opvallend goed. De prestaties van toptatlete Ragna Debats, die het in 2017 tot Europees kampioene schopte, dragen daar in grote mate toe bij. Voor het EK in Portugal moest Debats helaas in laatste instantie afzeggen, maar uiteindelijk behaalde het Nederlands team alsnog een knappe vijfde plaats in het landenklassement. In het officiële communiqué na de wedstrijd werd die prestatie zelfs heel nadrukkelijk vermeld: ‘Het is interessant om vast te stellen dat Nederland als volledig vlak land naar zo een hoge plaats in de rangschikking is gestegen.’

Huub van Noorden

De opvallendste individuele prestatie was van Huub van Noorden, meervoudig Nederlands kampioen skyrunning. “Het was een extreem parcours”, reageert Van Noorden na zijn tiende plaats in de 65km lange skyultra. “Normaal heb je in een race over die afstand gemiddeld 3000 meter hoogteverschil, maar dit keer hebben ze er meer dan 6.000 meter ingegooid! De hele wedstrijd ging het op en neer en het was een heel technisch parcours. Ik had het er moeilijk mee, ondanks mijn loopervaring. Het was heel anders lopen dan in de Alpen, waar je vaak mooie paadjes hebt. In de Portugese bergen moet je over leisteen en super steile paadjes. Dit parcours was een totaal nieuwe ervaring en dat maakt deze sport ook zo bijzonder. Elke keer leer je nieuwe dingen.”

Dat Nederland de jongste jaren zo goed presteert in skyrunning heeft volgens Van Noorden te maken met passie: “We hebben in ons land verschillende types atleten rondlopen. Iedereen heeft zijn eigen trainingsprincipes en beoefent haar of zijn sport vooral met veel passie. Dat maakt het verschil denk ik. In grotere landen als Spanje loopt bij wijze van spreken iedereen in de bergen, terwijl je in Nederland daar al heel gemotiveerd voor moet zijn. Telkens als zich een kans voordoet, grijpen we die met beide handen om het zo goed mogelijk te doen.”

Beleving staat voorop

Van Noorden mag dan flink hebben afgezien op het steile en technisch moeilijke parcours van het EK, zijn tiende plaats heeft hem een boost aan zelfvertrouwen gegeven. “Aan de ranking hecht ik persoonlijk niet zoveel belang”, legt hij uit. “Ik was vooral blij dat ik weer kon racen en een lekkere tijd heb neergezet. Het is een bewijs dat mijn voorbereiding met trainingen in de bergen een goede aanpak is. Vroeger trainde ik haast uitsluitend op het vlakke en trok ik alleen maar naar de bergen om er te racen. Sinds een jaar heb ik specifiek op hoogtemeters getraind. Onze vakantie hebben we voor het eerst in de bergen doorgebracht. Als je dan dagelijks in de bergen hardloopt, dan voel je je verbeteren zodra het bergop gaat. Dit jaar liep ik in drie dagen rond de Mont Blanc. Dat betekent 10.000 extra hoogtemeters in de benen en daardoor ben ik veel sterker geworden. Dankzij die bergtrainingen ervaar ik het gevoel van de berg. Dat bijzondere gevoel kun je niet kweken in Nederland, het gevoel van de berg kun je alleen al hardlopend in de bergen aanleren.”

Met die kennis mogen we de komende jaren nog meer mooie prestaties verwachten van de 33-jarige atleet uit ’s-Heer Abtskerke, voor wie toch vooral de beleving vooropstaat: “Het mooie aan trail- en skyrunning is dat alle deelnemers een avontuur ervaren. Op welke plek je finisht of hoeveel tijd je nodig hebt, doet er uiteindelijk niet toe. En zo loop ik ook. Onderweg maken we allemaal iets mee, we zien af, en de een beweegt zich sneller over het parcours dan de ander. Maar aan de finish zijn we weer samen en kunnen we die ervaringen met elkaar delen. Voor die beleving doen we het.”  

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?