Meten is weten

Wie dacht dat deze column zou gaan over hightechlooptechnologie met computers en meetapparatuur heeft even pech, maar hopelijk heeft het wel je aandacht getrokken. Want een lesje over Inspanning, Conditie en Training is minstens zo interessant, onmisbaar in de cardiologie en belangrijk voor je hart! 

Het is al tientallen jaren bekend dat bewegen goed is voor je gezondheid. Maar toch is er telkens weer discussie over hoe vaak, hoe veel en hoe lang. We zijn niet gebouwd om dagelijks een marathon te lopen, maar bankhangen maakt ons ziek. De waarheid ligt zoals altijd vast in het midden. Van alle onderzoeken die gedaan zijn naar de invloed van bewegen op je gezondheid wordt gebruik gemaakt van 3 belangrijke parameters; inspanning, conditie en training. En die zijn allemaal meetbaar. Want als het niet meetbaar is, kan het niet worden verbeterd en daar draait het toch vaak om in de sport en in de geneeskunde.

Inspanning of bewegen wordt gedefinieerd als iedere spierbeweging van het lichaam, resulterend in meer energieverbruik dan het basaal metabolisme. Regelmatige inspanning, waarbij veel spieren worden gebruikt zoals wandelen, hardlopen, of zwemmen, leidt uiteindelijk tot aanpassingen in je spieren, je hart en je longen. De maat voor inspanning is MET (metabool equivalent, voor de liefhebbers en techneuten onder ons: 1 MET komt overeen met het rustmetabolisme, dat ongeveer 3,5 ml zuurstof per kg per min ‘kost’ of waarbij je 1 kcal/kg/uur ‘verbruikt’). Inspanning wordt vaak vastgesteld door middel van vragenlijsten over lichamelijke activiteit tijdens werk en/of in vrije tijd (tabel 1).

Conditie, ook wel fitheid of inspanningstolerantie, je uithoudingsvermogen en je spierkracht nemen toe bij regelmatige inspanning. Conditie kan worden gemeten met inspanningstesten zoals de in mijn cardiologiepraktijk welbekende, veelgebruikte en veel gevreesde ‘fietstest’, ook wel fietsergometrie. De intensiteit van de aerobe inspanning wordt weergegeven als percentage van de maximale hartfrequentie. Het omslagpunt (of anaerobe drempel) is de hartslag waarbij je lichaam meer melkzuur aanmaakt dan dat je lichaam als brandstof gebruikt. Dat is in de buurt van je maximale hartfrequentie. Een maat voor conditie is de ‘heart-rate-recovery’(HRR; hartfrequentieherstel). Hoe sneller je hartslag herstelt, des te beter is je conditie. Een normale HRR is een daling van 15-25 slagen per minuut . Mensen met een abnormale HRR, d.w.z. een daling minder dan 12 slagen per minuut, hebben een grotere kans op hartproblemen, zo is gebleken uit onderzoek.

Training is het gestructureerd op peil houden dan wel verbeteren van de lichamelijke conditie door middel van regelmatige inspanning. Uiteindelijk bepaalt conditie, je hart-longcapaciteit, je spierkracht en souplesse het vermogen om te trainen en dan is de cirkel dus weer rond. Dus inspanning is een proces of gedrag en het verbeteren van conditie is het resultaat van trainen. 

Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat actieve, fitte mannen en vrouwen in aanzienlijke mate beschermd zijn tegen hart en vaatziekten, hoge bloeddruk, diabetes en kanker. Als medicus weet je dat patiënten met een goede conditie een betere prognose hebben dan die met een slechte conditie.

Het is dus heel nuttig om inspanning en conditie te meten, en dat kun je in principe zelf met de juiste meters en appjes. Door die getallen medisch te bekijken zou je hoogrisico mensen uit de populatie kunnen vissen. Met big data kan immers heel veel. Je hart slaat tussen de 60-100 keer per minuut, dat is ongeveer 100.000 keer per dag, je hart versnelt, vertraagt, herstelt en slaat soms over. Genoeg voer voor onderzoek zo blijkt.

Als ‘preventieactivist’ moedig ik de minst fitte mensen aan meer te bewegen. Als iedereen dat in zijn omgeving doet hebben we weer een beetje gezondheidswinst. Tot slot blijft mijn favoriete oneliner: ken-je-getallen! Niet alleen BMI, bloeddruk en cholesterol, maar nu dus ook je ICT. If it can’t be measured, it can’t be improved!

Like this article? Share it!

Misschien vind je deze ook interessant?