Niemand dwong mij op dit te doen, niemand zei â⊠oja, er is ook geen overnachting gepland, het idee is dat je binnen 12 uur wel terug bent in Innsbruckâ.
Afgelopen zaterdagochtend 28 april rende ik door donker Innsbruck, mijn weg verlicht met een hoofdlamp, zigzaggend door het bos de bergen in. De stad en de natuur moest nog ontwaken, de lucht was nog fris en vochtig maar dat zou niet lang meer duren. Het vooruitzicht was wederom een warme dag, onbewolkt, en 25 graden Celsius. De zonsopkomst over de bergkam was prachtig, een rode gloed die langzaam zijn krachten losliet op de bloesem in de bomen. Het ochtendlicht maakte het groene gras van de alpenweiden nog groener en de slaperige, ânetjes aangeharkte Oostenrijkse dorpjesâ leken een scene uit de romantische Sissi-films die ik nog ken uit mijn jeugdjaren.
Op deze vroege ochtend maalde in mijn hoofd de vraag rond over de gekkigheid van dit alles dat ik aan het doen was. Of is het eigenlijk wel gekkigheid? Michael Foley schrijft in zijn boek over de hedendaagse cultuur van ârecht-hebben-opâ: je hebt recht op alles wat het leven plezierig zou kunnen maken, zonder plichten⊠En als het niet gaat zoals jij wilt, dan ligt dat natuurlijk niet aan jezelf, is het ook niet een geval van âgewoon pech hebbenâ, maar is het een fout van de maatschappij van iemand anders.
Maar de aanspraak van ârecht-hebben-opâ levert niet een dieper gevoel van voldoening, van geluk, van rechtvaardigheid op en maakt ons ook niet weerbaar tegen de tegenslagen die nu eenmaal in het leven voorkomen. Om deze gevoelstoestand te bereiken is inzet en mentale afstandelijkheid en onbevangenheid nodig. Inzet, tegenslagen, doordenken gaan vooraf aan voldoening en geluk. Mentale afstandelijkheid geeft je de mogelijkheid om te observeren wat er daadwerkelijk om je heen in de wereld plaatsvindt, en dit geeft paradoxaal juist weer meer betrokkenheid.
âThe fool doth think he is wise but the wise man knows himself to be a foolâ
(Shakespeare,As You like It, Act 5, Scene I â eerlijkheidshalve geef ik toe dat ik dit stuk niet heb gezien of gelezen maar de quote geeft veel mooier dan ik zelf kan, aan hoe wij het leven met enige bescheidenheid zouden moeten bezien).
Wat we aan moeten met ons leven is naar mijn mening het beste samengevat door Monty Pythonâs Always look on the bright side. Maar ârecht-hebben-opâ deze mooie kant van het leven bestaat niet, dat moeten we zoeken, en daar is inzet en mentale afstandelijkheid voor nodig. Micheal Foley schrijft ‘… real detachment requires ‘Solitude, Silence and Stillnessâ – teruggetrokkenheid, stilte, rustigheid – in plaats van het hedendaagse âcommotionism’met zijn nadruk op continu samenzijn, beweging en geluid.
Terwijl ik genoot van de warme zon, de overdadige bevoorradingsposten, de prachtige omgeving en de vriendelijke Oostenrijkse begroetingen met âservus!â, realiseerde ik mij dat deze gekkigheid van 85 km hardlopen in een halve dag mij de âteruggetrokkenheid, stilte en rustigheidâ geeft waar Michael Foley over schrijft. Een langeafstandstrailrun, oftewel âultraâ â minstens enkele uren hardlopen â gaat per definitie in een rustig tempo. De mediterende cadans van de hardlooppas samen met de langzame opkomst van fysieke pijnprikkels, de notie dat het mijn eigen besluit is om deel te nemen aan deze 85 kilometer brengen mij in een âflowâ, een gemoedstoestand van prettige afstandelijkheid waarbij mijn gedachten de vrije loop nemen.
De K85 volgt de bekende mooie paden zoals vele trailruns, zover mogelijk weg van de âdrukke wereldâ, door bos, over velden en langs rivierbeddingen. âSolitude/teruggetrokkenheidâ is dan niet moeilijk te bereiken. De meeste trailrunners zoeken hun eigen weg is mijn ervaring. En als er toch enkele zijn die de gave hebben om uren achtereen te praten, dan kun je altijd jezelf 100 meter laten afzakken om je weer heerlijk in de âsilence /stilteâ van de natuur onder te dompelen (daadwerkelijke stilte is er niet met de vogels en de bekende koeienbellen, maar wel een fijne vorm van sereniteit).
âStillness /rustigheidâ vindt mogelijk niet bij iedereen direct een associatie met trailrunning. Ikzelf vind dit terug op de momenten dat je door een van de vele hekjes , met de prachtige naam kissing gates, stapt op de right of way-paden in het Verenigd Koninkrijk waar ik momenteel woon, of tijdens de K85 als ik de bocht om kom en dan gewoon even moet stoppen om het prachtige uitzicht tot me te laten komen. .. Jawel ik stop, het is lang genoeg, ver genoeg en die ene minuut⊠Maak je niet druk.
Wat brengt mij nu deze filosofische keukentafelgedachten? Allereerst dat ik enorm bevoorrecht ben om hier in de zon rond te rennen tijdens een korte vakantie, terwijl het thuis koud is en regent. Daarnaast dat ik mijzelf gelukkig mag prijzen met een familie die mij hier laat rennen in plaats van dat ik direct na mijn werk weer terug naar huis zou moeten komen. En als laatste een intens en bewust genieten van deze dag waardoor ik spontaan even stop bij twee Oostenrijkse dames in traditionele kleding die net op de foto gaan.
Tijdens de laatste kilometers gaat bij mij de hardloop âflowâ over in een gevoel van heerlijke voldoening die bij de finish niet anders kan worden omschreven als euforie. Na de finish ruil ik âteruggetrokkenheid, stilte en rustigheidâ in voor het uitwisselen van verhalen, van beelden van herkenning met andere lopers. Wat een genot, zeker samen met enkele glazen koud alcoholvrij Erdinger-bier en wat handen vol zoute chips, kaasjes en pittige worst!
Ultra-trailrunning is inderdaad gekkigheid. Maar het is een gekheid waardoor ik debright side of life ervaar ⊠en dat is alles wat ik zoek.